Maatsoorten

De maataanduiding bepaalt door middel van de maatsoort aan het begin van een melodie(gedeelte) hoeveel noten van een bepaalde duur er in een maat passen, waar (zachte) maatstrepen moeten komen en hoe noten tot clusters gecombineerd worden.

Bij het maken van een nieuwe melodie geef je aan wat de maatsoort moet zijn aan het begin van de melodie. Zowel achteraf veranderen van de beginmaatsoort als invoegen van een nieuwe maatsoort (maatsoortwisseling) doe je met het maatsoort-menu (<ctrl-F9>).

De meeste "gewone" maatsoorten zijn in MusiCAD al "ingebakken" en hoef je niet nader te specificeren.

Het maakt nogal wat uit hoe je een melodie noteert; de maatsoort 3/4 (een 3-delige maat) is iets heel anders dan 6/8 (een 2-delige maat), hoewel er in beide 6 achtste noten dan wel 3 kwarten gaan.

Als de standaard voor een bepaalde maatsoort niet van toepassing is, zoals bij samengestelde maatsoorten dan, kan de maatsoort expliciet genoteerd worden met de behulp van een +-teken: 2+2+3/8 is ook 7/8, maar een andere verdeling dan standaard 3+2+2/8.

Weergave van samengestelde maatsoorten kun je vereenvoudigen door een haakje achter de opsomming te zetten: 2+3+3+2)/16 wordt genoteerd als 10/16.

Samen met de akkoorden die bij een melodie kunnen worden opgegeven bepaalt de maatsoort de door MusiCAD te genereren automatische bas/akkoord-partij; een C-akkoord in een 3/4 maat geeft aanleiding tot de baslijn: C 1/4; R 1/4; R 1/4; (basnoot op eerste tel). In een 6/8 maat wordt dit anders: C 1/4; R 1/8; G 1/4; R 1/8; (grondtoon en kwint).

Vaak wordt in plaats van de notatie 4/4 de notatie (common meter: gewone maat) gebruikt. MusiCAD 'weet' dat je die notatie wilt hebben als je in plaats van 4/4 een extra nul opgeeft: 04/4. Het teken (divided common meter, gesneden maat, alla brève) maak je met twee nullen voor de maatsoort; 002/2. Maatsoorten die niet in de lijst voorkomen kun je zelf specificeren door ... te kiezen en daar de gewenste maatsoort als breuk op te geven, al dan niet voorafgegaan met 1 of 2 nullen.

Met maatsoort 1/1 (evenals 2/1, 3/1 enz.) noteert MusiCAD zonder maatstrepen ten behoeve van niet-metrische notatie (doïna's, oosterse muziek, Gregoriaans). Voordat je zo'n maatstreeponderdrukkende maatsoort opgeeft moet je er wel eerst voor zorgen dat alle noten binnen de (onzichtbare) maatsoort weergegeven kunnen worden; achter de schermen wordt de maatsoort nog wel gebruikt...

Soortgelijk als bij sleutels en toonsoort kun je de maatsoort vervangen of een maatsoortwisseling invoegen. Bij een partituur/piano-partij is het wel zaak om in alle partijen de maatwisseling op de juiste plek te zetten; MusiCAD gebruikt de maatsoort van de hoofdpartij om de maatstrepen vervolgens in de partituur goed te zetten.