Lijnenmenu

Lijnen, legatobogen, crescendotekens e.d. zijn objecten die in MusiCAD met twee posities beschreven worden in tegenstelling tot tekst, coda-tekens enz.die kunnen volstaan met één positie. Een lijn kun je beschrijven met begin- en eindpositie. Dit soort objecten voer je in met het lijnenmenu (sneltoets <shift-F8>, knop ). Als je geen blok hebt geselecteerd, voegt MusiCAD het gekozen object toe boven/onder de huidige maat. Als er wel een blok staat geselecteerd, dan komen begin en eindpunt van het object aan begin en einde van het blok te staan. De aangrijpingspunten van dit soort objecten worden op de notatiebalk zichtbaar als blauwe blokjes.

Met <alt-pijltje> of de wijzigknoppen van de knoppenbalk kun je positie van bogen, crescendi, lijnen enz. aan de behoefte aanpassen.

Als je op één van de aangrijpingspunten van een boog of soortgelijk object staat kun je met <alt-F2> snel naar het andere uiteinde.

Verwijderen van zo'n uit twee delen bestaand object gaat door op een van de uiteinden te gaan staan en vervolgens op <Delete> te drukken.

Bogen (legatobogen, fraseringsbogen) die je met het lijnenmenu invoert kunnen van iedere willekeurige plek naar een andere lopen.

De kromming van bogen, en de wijdte van (de)crescendi is - terwijl de cursor op een aangrijpingspunt staat - aan te passen met <ctrl +> en <ctrl -> resp. en van de knoppenbalk.

Hieronder volgt een lijstje met sneltoetsen voor onderdelen uit het lijnenmenu.

<alt->>	Zet een decrescendo-teken (diminuendo) over de selectie
<alt-<>	Zet een crescendo-teken over de selectie
<alt-(>	Zet een legatoboog onder de selectie
<alt-)>	Zet een legatoboog boven de selectie
<alt-G>	Zet een glissando in de selectie

Als geen blok geselecteerd is dan komt het teken over de huidige maat te staan.

Zie ook