Transpositie
De term transpositie (of verstemming) geeft in MusiCAD aan dat een partij voor transponerende instrumenten is gemaakt.
Een klarinet bijvoorbeeld speelt twee halve noten lager dan genoteerd en moet dus een transpositie van min-2 hebben om er voor te zorgen dat bij afspelen eveneens die twee halve noten lager ook te horen zijn.
Om een klarinet samen te laten spelen met een dwarsfluit moet de klarinet dus twee halve tonen hoger genoteerd worden (twee kruisen erbij), of de dwarsfluit moet twee halve tonen lager spelen dan genoteerd.
Met partijbewerken kun je er eenvoudig voor zorgen dat een partij zowel getransponeerd (bijv. twee halve noten omhoog) en tegelijkertijd een transpositie van -2 halve noten krijgt.
Een paar voorbeelden van transponerende instrumenten met bijbehorende transpositie:
Sopraanblokfluit | twee octaven hoger dan genoteerd | +24 |
Altblokfluit | twee octaven hoger dan genoteerd | +24 |
Bes-trompet | speelt hele noot lager dan genoteerd | -2 |
Bes-klarinet | hele noot lager dan genoteerd | -2 |
Tenorsaxofoon | octaaf plus hele toon lager dan genoteerd | -14 |
A-klarinet | kleine terts lager dan genoteerd | -3 |
Es-klarinet | kleine terts hoger dan genoteerd | +3 |
Altsaxofoon | grote sext lager dan genoteerd | -9 |
Contrabas | octaaf lager dan genoteerd | -12 |
Verstemming wordt ook gebruikt om voor een enkellijnige percussiepartij het te gebruiken percussieinstrument te selecteren.